Epilepsie = abnormale, electrische ontlading binnen de cellen van het CZS (1 op de 200
lijdt aan terugkerende epileptische aanvallen)
à idiopathische aanvallen: schijnen spontaan voor te komen, in afwezigheid van andere ziektes van het CZS
Focale aanvallen à beginnen plaatselijk en spreiden zich dan uit
Gegeneraliseerde aanvallen à bilateraal symmetrisch / zonder plaatselijk begin
Grand-mal aanval à verlies van bewustzijn en stereotype motorische activiteit in 3 stadia: 1) tonisch stadium (lichaam verstijft, ademhaling stopt) / 2) klonische fase (ritmisch trillen / bewegen) / 3) post-aanval (of postictale) depressie (patiënt is verward); Petit-mal of absence aanval à verlies van het zich bewustzijn; geen mot. activiteit, uitggezonderd knipperen/rollen van de ogen en het draaien van het hoofd van korte duur (zo’n 10 seconden)
Factoren die vooraf kunnen gaan aan epileptische aanvallen
- hyperventilatie / slaap / slaapdeprivatie
- sens. stimuli (zoals flitslichten, lachen, geluiden)
- trauma / hormonale veranderingen
- koorts / emotionele stress
- drugs (fenothiazines / analeptica / alcohol)
Geen opmerkingen:
Een reactie posten