zaterdag 19 februari 2011

Mragowo

MRAGOWO
De tassen, gevuld met vijf liter Wodka, waren loodzwaar. Niet alleen etenswaren, kleren en dat soort spullen hadden we bij ons, ook een complete tent, slaapzakken, luchtbedden en een gitaar. In de overvolle trein naar Olsztyn, waar we plaats hadden genomen in en rond een stinkend toilet, zetten we het op een drinken. Na twee slappe bekertjes wodka genuttigd te hebben begon ik brutaal op de gitaar van m'n schoonvader te rammen. De snaren waren antiek en niet meer zuiver te krijgen. Het moet afschuwelijk geklonken hebben, maar ik trok me er niets van aan, nam nog maar eens een bekertje vuurwater en zong zo vals door de nacht, dat de wielen van het treinstel ervan begonnen te piepen, terwijl Asia en haar broer als achter­grond fungeerden. Midden in de nacht kwamen we aan in Olsztyn. In een zijgebouw van het station stonden mensen aan lange tafels een niet al te smakelijk uitziende warme hap te eten. Nog niet gewend aan de Poolse keuken en mijn reputatie van kieskeurige eter eer aandoend weigerde ik pertinent in deze openbare eetgelegenheid een maaltijd te gebruiken, ook al had ik toch wel een beetje honger gekregen van de wodka en het vele reizen. We moesten weer verder naar Mrangowo, waar het jaarlijkse Piknik-countryfesti­val gehouden werd en dat ons einddoel was. Een eeuwigheid later namen we in Mrangowo de taxi naar de camping. Het was inmiddels licht en bloedheet geworden. Slaperig zetten we ons tentje op, maar hadden de energie niet meer om de luchtbedden op te blazen. Samen met Asia probeerde ik de slaap te vatten, maar de warmte was zo overweldigend en misselijkmakend, dat ik het niet lang volhield. We stonden met ons tentje tussen duizend andere tentjes, ver van het beroemde meer verwijderd. Veel rust werd ons niet gegund. Half Polen en omstreken was op de camping neergestreken.
's Avonds kregen we bezoek van de plaatselijke Hells Angels. Langdurig reden ze met hun zware motoren rond ons tentje. Van slapen kon door al die herrie geen sprake zijn.
De volgende dag bezochten we het festival. Uren van tevoren zaten we al bij het hek, vanwaar we een goed uitzicht hadden op het podium. We doodden de tijd met de nationale drank der Polen en toen het concert dan eindelijk begon stond mijn blaas inmiddels op springen. Echter, een mogelijkheid om te vluchten was er niet. We werden door een duizendkoppig publiek achter ons, dat net als Asia, haar broer Chris en ik niet had willen betalen en buiten het hek stond, tegen de afrastering gedrongen. Plaats was er nog wel, maar zodra je opstond was je hem meteen kwijt. Asia lag in mijn armen, ik was verliefd tot over mijn oren, maar kon er niet met volle teugen van genieten. Ik kreeg het niet alleen Pools, maar ook Spaans benauwd. Het concert was nog maar nauwelijks begonnen. Wat werd mijn leven toch bepaald door transpiratie en pis. Redding kwam van mijn grote liefde, die me door de massa heen leidde naar een stil plekje in het bos, niet ver van het meer. Chris had voor ons, op gevaar voor eigen leven, onze plaatsen beschermd.
Een dag later waren nog meer mensen op het concert afgekomen. 's Middags al hadden we ons oude plaatsje ingenomen, maar toen halverwege de avond enkele jongens over het hek, dicht in onze buurt, probeerden te springen, brak er bij mij paniek uit. Met het Heizeldrama nog vers in het geheugen zag ik hoe rijen mensen naar voren waaierden en geen rekening hielden met degenen, die het tempo niet zo goed konden bijbenen. Door de heen- en weergaande golfbewegingen werden sommigen ondersteboven gekegeld. Naast mij sprong een jongen over het twee meter hoge hek, bleef aan een haak hangen en viel weer terug. Toen hij het opnieuw probeerde gebruikte hij Asia's hoofd als opstapje. Door de druk van een groot aantal opstandige jongeren viel het hek over een lengte van een tiental meters om. Een paar ordebewakers aan de andere kant van het hek probeerden de mensen weer terug te duwen. De mensen hadden niet betaald en hadden dan ook geen recht om aan de andere kant van het hek te komen, ook al lag dat hek in stukken op de grond. Angstzweet brak me uit, maar Asia en Chris bleven doodkalm, het leek wel alsof ze dit eerder hadden meegemaakt. Gelukkig was er een mogelijkheid om weg te komen en besloten we ons eigen concert voor ons tentje te organiseren. We kregen bezoek van buren en kennissen van Asia en Chris. Tot diep in de nacht werd gedronken. Uiteindelijk zochten Asia en ik half in coma de slaapzak op.
Terwijl Chris en Asia, die links en rechts van me lagen, in een diepe slaap waren beland en ik bezig was weg te zakken hoorde ik met een hoog geluid de rits van ons tentje opengaan. Een zeer stevig gebouwde kerel dook tussen Chris en mij in en viel in slaap, nadat hij nog eerst even snel over zijn nek was gegaan en een vieze, zure sliert braaksel bij mijn kussen had gedeponeerd. Meteen begon hij luid te snurken en was met geen stok meer wakker te krijgen. Met moeite wist ik Asia wakker te krijgen, waarna we de ongenode gast bij zijn benen de tent uit trachtten te slepen. Heel beheerst lukte het Asia de dronkaard met een paar goed gerichte tikken tegen het achterhoofd wakker te krijgen en met een bewonderenswaardige hoeveelheid overredingskracht letterlijk de tent uit te lokken.
De volgende dag stonden we op het perron van het station van het festival­stadje en wachtten met duizend zwaar bepakte anderen op de trein naar Olsztyn. Het perron was werkelijk afgeladen, toen het treintje eraan kwam. Slechts een paar wagons voor die immense massa mensen en goederen. Welke gek had dit bedacht. Hoe het lukte weet ik niet meer, maar iedereen was binnen toen de trein vertrok. Overal staken benen en armen uit de ramen. Asia, Chris en ik stonden in de deuropening tussen vlees, kleren, koffers en tenten. Natuurlijk was er geen zitplaats meer vrij, maar je hoefde niet te staan, je bleef vanzelf tussen de reizigers hangen. Zo moesten we een paar uur doorbrengen. Een bezoekje aan het toilet was helemaal ondenkbaar. Zo'n walgelijke Aziatische toestand had ik nog nooit meegemaakt en vreesde in de massa het leven te laten. Een knap meisje ergens naast of boven mij werd onwel. Langzaam zakte ze in elkaar. Eerst werd dit niet opgemerkt, omdat vrijwel iedereen de indruk wekte het laatste loodje te leggen, toen een paar jongens de wegdraaiende ogen van hun metgezel opmerkten. Met vereende krachten werd ze opgetild en in horizontale positie gebrachtdoor haar over een aantal reizigers, die zo gelukkig waren wel over een zit­plaats te beschikken, te draperen. Als een godswonder overleefden allen de reis.
Vermoeid kwamen we 's avonds laat in Olszynka aan, waar we als uitgehonger­de wolven al het gebraden vlees dat Asia's moeder had klaargemaakt, naar binnen werkten. Drie dagen Mrangowo had heel wat van ons uithoudingsvermo­gen gevergd. Een echte survivaltocht. Maar ik was verliefd en de aanwezig­heid van Asia had dit alles tot een onvergetelijk avontuur gemaakt.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten